Wildwatervaren
Wit schuim danst boven het kolkende water, een kanovaarder verdwijnt tussen de golven….. de boot is even weg, en plop: daar is hij. Iedereen kent de beelden van televisie.
Gelukkig laat niet iedere tocht op wildwater de adrenaline door je bloed gieren. De meeste tochten hebben spannende en veel ontspannende momenten. Er is tijd genoeg om van de omgeving te genieten en er wordt stilgehouden om in stroomversnellingen te spelen. Om wildwater te varen moet je lekker in de boot zitten en het is prettig als je tenminste de lage steun beheerst.
De tochten
Tip:
Vaar nooit alleen maar in groepjes van drie tot acht personen. Vaar zo mogelijk met ervaren kanoërs. Zij waarschuwen voor obstakels en geven tips om meer plezier te beleven aan het kanoën op het wilde water'.
Net als bij het zeevaren wordt een tocht goed voorbereid. Je kijkt op kaarten en leest rivierbeschrijvingen. Eventueel worden moeilijke stroomversnellingen vooraf vanaf de kant bekeken. Omdat je een rivier altijd stroomaf vaart moet er een auto op het eindpunt staan. Na de tocht worden de andere auto's met deze auto opgehaald. De tochtleiding regelt dit met de deelnemers.
De lengte van wildwatertochten varieert sterk. Dit is afhankelijk van de stroomsnelheid en moeilijkheidsgraad van de rivier, maar ook de wens om te spelen telt mee. Omdat Nederland eigenlijk geen wildwater kent vinden de meeste tochten plaats in het buitenland.